CASTRATIE
Bij castratie van de kater worden de balletjes verwijderd. Ons advies is om katers te laten castreren. Dit kan vanaf 6 maanden leeftijd. Plast u kater al in huis en is hij nog jong? Dan niet lang wachten en direct een afspraak maken want anders kan dit gedrag een gewoonte worden en kan het lastig zijn dit weer te corrigeren.
Redenen om uw kater te castreren
- Gezondheid: Ongecastreerde katers zullen vaker vechten en door bloed en speekselcontact kunnen zijn FIV (Feline Immunodeficiency Virus) en FeLV (Feline Leukemie Virus) overbrengen naar andere katten. Ook zullen ze door het vechten vaker wonden en abcessen ontwikkelen. Ze lopen ook meer risico om aangereden te worden omdat ze over grotere gebieden rondzwerven.
- Een niet gecastreerde kater als huisdier: Zal eerder gaan zwerven en daardoor misschien de weg naar huis niet meer kunnen terugvinden. Er is ook een grote kans dat hij in huis zal gaan sproeien en dat ze wat sneller agressief zullen zijn naar de eigenaar.
- Beheersing van de kattenpopulatie: Één kater kan vele poezen bevruchten. Dus naast het steriliseren van uw poes, is het castreren van een kater ook zeer zeker zinvol!
- Overlast: Niet gecastreerde katers zwerven over grote gebieden, zij zullen hun territorium afzetten door te sproeien, te vechten met andere katers en door veel geluid te produceren. Dit kan erg hinderlijk zijn.
Nadelen van de castratie
Het ontstaan van overgewicht. Castratie veroorzaakt een wijziging in de hormonale huishouding. Dit zal van invloed zijn op het eetgedrag en de energiebehoefte van de kat. Het is verstandig om hier rekening mee te houden.
De eerste 2 maanden na de operatie is de meest kritieke periode na de operatie. De kat heeft dan de neiging om meer te gaan eten terwijl de energiebehoefte met 30 % afneemt. Geef uw kat daarom na de sterilisatie een minder energierijk voer (zeker geen kittenvoer meer) of een speciaal, op de gesteriliseerde kat aangepaste voeding, zoals Royal Canin Neutered Satiety Balance
“Voor advies over mijn puppy werd ik zeer goed geholpen bij Dierenkliniek Marnixstraat, zo konden wij een goede start maken. Dank!”
Bart van Apeldonk (1 hond),
Bloemendaal